Take a chance on .se: 3 maanden gastonderzoeker in Stockholm

Mijn advies: doen! Ik deel mijn inzichten en geef je tips

Van half maart tot half juni dit jaar werkte ik vanuit SIDN Labs als gastonderzoeker bij de registry van het Zweedse .se-domein, Internetstiftelsen. In deze blog deel ik de inzichten die ik in dit traject opdeed en geef ik een aantal tips die mij hielpen het te organiseren. Ik vond het een erg leerzame ervaring die ik iedereen uit de ccTLD-community kan aanraden.

ccTLDs en samenwerking

Het landschap van country-code TLD-registry’s is uniek. Elk land heeft een eigen organisatie die hun nationale topleveldomein beheert. Voorbeelden zijn DENIC voor .de (Duitsland), AFNIC voor .fr (Frankrijk) en Internetstiftelsen voor .se (Zweden) en natuurlijk, dichtbij huis, SIDN voor .nl.

Deze organisaties zijn over het algemeen niet concurrerend en zijn vaak ook zonder winstoogmerk. Sterker nog, ze delen het gezamenlijk doel van een veilig, stabiel en open internet voor iedereen en de bijbehorende verantwoordelijkheden voor registry’s uit RFC 1591.

ccTLD-registry’s werken daarom al jaren nauw samen. Dat gebeurt bijvoorbeeld via gezamenlijke onderzoeksprojecten, het gezamenlijk ontwikkelen van DNS-tools, of door kennisuitwisseling binnen brancheorganisaties zoals CENTR (Europa), LACTLD (Latijns America) of APTLD (Asia-Pacific).

Een nog nauwere samenwerking

Internetstiftelsen, de registry van .se en .nu, en SIDN Labs gingen nog een stap verder: van half maart tot half juni was ik gastonderzoeker in het DNS-Labs-team van de Zweedse registry, die opereert vanuit Stockholm.

Ons doel was om in deze 3 maanden samen onderzoek te doen naar een afgekaderd onderwerp, en zo elkaars werkwijze te leren kennen en ervaringen uit te wisselen. Hiervoor kozen we de adoptie van DNSSEC-validatie bij beheerders van resolvers, een gebied waarop Zweden traditioneel vooroploopt.

Daarnaast is het voorjaar natuurlijk ook een heel goede tijd om in Stockholm te zijn. De dagen worden langer, het wordt warmer, en de Zweden beginnen volop van de zon te genieten. Een perfecte periode dus om de collega’s van .se beter te leren kennen en van de natuur, de cultuur en van Stockholm te genieten.

Nog steeds relevant – DNSSEC

.se was in 2005 het eerste TLD dat met DNSSEC beveiligd werd en nog steeds lopen de Zweden voorop als het gaat om nieuwe ontwikkelingen op dit gebied. Zo zijn ze bezig om de vele stappen die nodig zijn om DNSSEC uit te rollen en te beheren volledig te automatiseren. Hiervoor ondersteunen ze bijvoorbeeld zogenaamde Child DNS (CDS)-records voor .se en .nu. Ook ontwikkelen ze MUSIC, een tool waarmee je DNSSEC kunt uitrollen als meerdere DNS-providers voor een zone verantwoordelijk zijn. Ook is het veilige overstappen van de ene provider naar een andere provider mogelijk.

Het resultaat van mijn onderzoek samen met de collega’s van .se is een grootschalige enquête onder beheerders van DNS-resolvers over de impact van DNSSEC-validatie op hun werk. De aanleiding is dat DNSSEC-validatie helaas nog steeds niet overal aanstaat en we beter wilden begrijpen wat hiervoor de drempels zijn en hoe beheerders van validerende resolvers DNSSEC ervaren. De collega’s van .se hielpen me om het onderzoek op te starten, waar uiteindelijk 135 beheerders van resolvers aan meededen. 6 daarvan interviewden we nog uitgebreider in individuele gespreken. De resultaten van de enquête publiceren we in het najaar.

Verder mocht ik interessante discussies over het herinrichten van de DNSSEC-signerstraat van .se bijwonen en hadden we goede gesprekken over hoe als als registry om te gaan met clouddiensten als Amazon AWS. Indrukken die ik zeker mee terugneem naar SIDN.

Zelfs op bezoek – maar hoe?

Als je bij een registry werkt en nu denkt: “Klinkt leuk, dat wil ik ook”, dan geef ik je graag 3 tips voor hoe je dat aan zou kunnen pakken, op basis van mijn ervaring.

Tip 1: start vanuit de inhoud

Denk na over waar en met welke registry’s er een overlap is qua onderwerp, van wie je nog iets kan leren, maar ook wie van jou nog iets kan leren. Overleg een paar keer met je beoogde gastregistry om je werk door te spreken en gezamenlijk interesses, doelen en deliverables te bepalen. Laat ook je leidinggevende bij jouw thuisorganisatie en die van de gastregistry met elkaar spreken en tot overeenstemming komen over de inhoud.

Tip 2: onderschat het uitzoekwerk niet

Zorg ervoor dat je goed met je HR-afdeling overlegd wat geregeld moet worden als je langer in het buitenland verblijft. In mijn geval zetten we een soort detacheringsovereenkomst tussen SIDN en Internetstiftelsen op. Hierin stond bijvoorbeeld: wie draagt welke kosten, hoe wordt intellectueel eigendom geregeld, wie zorgt voor een plek om te wonen, en heb je toegang nodig tot bepaalde data of bepaalde apparatuur. Denk er ook aan dat je heel veel informatie krijgt als je meedraait in een andere organisatie. Het opzetten van een non-disclosure agreement is daarom zeker ook nuttig. Ik had gelukkig collega’s van HR en van Legal die me hierbij uitstekend hebben geholpen, waardoor dit allemaal vlot verliep.

Tip 3: denk aan je privésituatie

Natuurlijk moet je ook privé een en ander regelen. In mijn geval kon ik zelf een plek in Stockholm zoeken om te wonen. Op AirBnB vind je ook plekken voor de langere termijn, maar let op dat de annuleringsvoorwaarden vaak zeer streng zijn. Ook raad ik aan om te onderzoeken of een langere periode in het buitenland invloed heeft op je verzekeringen. Denk bijvoorbeeld aan je zorgverzekering of je verzekering van je huis. En als je je auto wilt meenemen, denk dan ook aan de autoverzekering. Ten slotte, heb je een partner? En wil die misschien ook mee? Dan moet je natuurlijk ook naar haar/zijn verzekeringen kijken. Mogelijk kun je afspraken maken met de werkgever van je partner zodat die vanuit het buitenland kan thuiswerken.

Mijn advies: doen!

Mocht je in de mogelijkheid zijn om voor langere tijd bij een collega-registry te werken, dan is mijn advies dat zeker te doen. Mijn ervaring bij .se is dat het heel leerzaam is voor beide partijen en voor jezelf. Ook versterkt het de samenwerking tussen ccTLD’s en draagt het daarmee bij aan het gemeenschappelijke doel van deze community van een veilig en open internet. Dat kan denk ik vanuit verschillende disciplines (bijv. DNS-operations, security, finance), niet alleen op het gebied van technische onderzoek zoals bij mij.

Wil je meer details of wil je zelfs een keer bij ons langskomen (voor een paar maanden ;-)? Laat het ons dan weten!

Met dank aan

Ik dank aan Internetstiftelsen, en in het bijzonder aan het DNS-Labs-team, voor hun gastvrijheid en goede samenwerking.